Laagpakket van Tijnje
Grijs tot bruingrijs matig fijn tot uiterst grof zand (150-2000 µm), grindig, kalkloos, glimmerarm en bont. Plaatselijk groengrijze leem, grijs tot groengrijs zand met kleilaagjes, grijze tot bruingrijze klei, of organogeen sediment (Bosch et al. 2014).
Fluviatiel (Rijn), inclusief bedding, oever, crevasse (zand), meer en restgeul (klei, leem, veen en gyttja). Noordwaarts, kust en ondiep marien, inclusief getijgeul en wadplaat (zand met kleilaagjes), lagunair (klei, leem), moeras (veen).
Discordante, deels diffuse overgang naar fluvioglaciaal zand (Formatie van Peelo), geleidelijke overgang naar fluviatiel zand (Formatie van Urk, ongedifferentieerd).
Scherp discordant contact met keileem (Laagpakket van Gieten, Formatie van Drente), marien zand (Eem Formatie) of getijzand en -klei (Formatie van Naaldwijk). Geleidelijke overgang naar fijner periglaciaal zand (Formaties van Drachten en Boxtel). Diffuse overgang naar grindig fluvioglaciaal zand (Laagpakket van Schaarsbergen, Formatie van Drente) of naar grindig rivierzand (Formatie van Kreftenheye), behalve waar gescheiden door een grove geulbodemafzetting.
Noordzee: mariene Egmond Ground Formation; VK: afwezig; DUI: afwezig; BEL: afwezig.