Kreekrak Formatie
Heterogeen. Grijsbruine tot bruine organische klei, massief of horizontaal gelaagd, met lokale zandlenzen. Plaatselijk schelpen en schelpfragmenten, algemene hout- en plantfragmenten. Ondergeschikte groenbruine tot zwarte gyttja, veen, en siltig of kleiig zeer tot matig fijn humeus zand (63-210 µm).
Voornamelijk meanderend fluviatiel (Schelde), inclusief geul (zand), restgeul (gyttja, lokaal kleiig veen, humeuze klei, fijn zand), en riviervlakte (humeuze klei). Daarnaast estuarien (kleiig zand met veenlagen), lacustrien.
Veelal scherp en deels erosief contact met veen (Basisveen Laag, Formatie van Nieuwkoop), klastische getijfacies (Laagpakketten van Wormer en Walcheren, Formatie van Naaldwijk), lagunaire klei (Laag van Velsen, Formatie van Naaldwijk), periglaciaal zand en leem (Formatie van Boxtel), ouder Scheldezand (Formatie van Koewacht), of grof fluviatiel en estuarien Rijnzand (Formatie van Waalre). Lokaal diffuse overgang waar ingeschakeld in de Formaties van Nieuwkoop (Hollandveen Laagpakket) en Naaldwijk.
Scherp contact met veen (Basisveen Laag, Formatie van Nieuwkoop) of (ingeschakelde) klastische getijgeulafzettingen (Laagpakketten van Wormer en Walcheren, Formatie van Naaldwijk). Geleidelijke tot diffuse overgang naar ingeschakeld veen (Hollandveen Laagpakket, Formatie van Nieuwkoop).
Noordzee: afwezig; VK: afwezig; DUI: afwezig; BEL: Formatie van Arenberg (Gullentops et al. 2001).